Aangetroffen vingerafdruk is geen omstandigheid die schreeuwt om een verklaring

Het gerechtshof Den Haag heeft op 9 mei 2016 (ECLI:NL:GHDHA:2016:2972) geoordeeld dat het aantreffen van een vingerafdruk aan de buitenkant van een raam met braakschade op de begane grond van een huis dat direct aan het trottoir grenst geen omstandigheid is die ‘schreeuwt’ om een verklaring van de verdachte. Wanneer de verdachte dan blijft zwijgen, is dat geen reden om hem te veroordelen. Bijgevolg is aan het bewijsminimum niet voldaan.

Hof:

“Het hof is gelet op het bewijsmateriaal voor zover dat kan gelden als belastend voor de verdachte (een vingerafdruk, aangetroffen aan de buitenkant van een raam met braakschade op de begane grond van een huis dat direct aan het trottoir grenst) van oordeel dat er geen sprake is van een omstandigheid die ‘schreeuwt’ om eenverklaring van de verdachte. Bijgevolg is aan het bewijsminimum niet voldaan.

Naar het oordeel van het hof is derhalve niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen aan de verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken”

< Terug naar Meer informatie "zwijgrecht"
Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden