Wanneer schreeuwt het bewijs om een verklaring?

Geplaatst op: 13 juni 2021

Wanneer je door de politie of de rechter gehoord wordt als verdachte, heb je volgens art. 29 Sv het recht om te zwijgen. Het zwijgrecht is één van de belangrijkste rechten die een verdachte heeft. Het zwijgrecht vloeit voort uit het nemo-teneturbeginsel dat omschreven wordt in art. 6 EVRM. Het nemo-teneturbeginsel komt er kort gezegd op neer dat niemand gehouden is om mee te werken aan zijn of haar eigen veroordeling. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens heeft in de zaken Funke, John Murray en Saunders nader toelichting gegeven aan het nemo-teneturbeginsel.

Onder omstandigheden kan het zwijgen van verdachten een niet langer houdbare positie worden. Dit komt voor wanneer de feiten en omstandigheden zodanig wijzen op betrokkenheid van een verdachte bij het tenlastegelegde feit, dat enige verklaring, in welke vorm dan ook, van de verdachte verlangd mag worden. Indien de feiten en omstandigheden schreeuwen om een verklaring, kan het in sommige gevallen verstandig zijn om wel een verklaring te geven. Een beroep op het zwijgrecht heeft in dat geval geen nut en kan ook in je nadeel werken. De rechter kan namelijk geïrriteerd worden en dat kun je terugzien in de strafmaat. Ook zou je veroordeeld kunnen worden voor een groter aandeel in het strafbare feit dan je eigenlijk gehad hebt. Je zou bijvoorbeeld veroordeeld kunnen worden voor medeplegen i.p.v. medeplichtigheid.

De omstandigheid dat de verdachte weigert een verklaring af te leggen of een bepaalde vraag te beantwoorden kan op zichzelf, mede gelet op art. 29, eerste lid, Sv, niet tot het bewijs bijdragen. De rechter mag echter bij zijn bewijsoordeel in aanmerking nemen dat de verdachte voor een omstandigheid die op zichzelf of in samenhang met de verdere inhoud van de bewijsmiddelen beschouwd redengevend kan worden geacht voor het bewijs van het aan hem tenlastegelegde feit, geen aannemelijke, die redengevendheid ontzenuwende, verklaring heeft gegeven. Het ontbreken van deze verklaring vormt dan niet meer dan de laatste schakel in de ketting van de bewijsredenering. Het ontbreken van een dergelijke toelichting draagt in een dergelijk geval voornamelijk bij aan de overtuigingskracht van het bewijsmateriaal dat reeds beschikbaar is.

Hieronder staat voor een aantal bijzondere delicten een overzicht met uitspraken waarin het bewijs om een verklaring schreeuwt. In deze uitspraken is er dus sprake van feiten en omstandigheden waarbij een aannemelijke, die redengevendheid ontzenuwende verklaring van de verdachte verwacht wordt. Dit houdt in dat er verwacht wordt van de verdachte dat hij of zij een verklaring geeft die betrouwbaar is en een geloofwaardig alternatief vormt voor de bewijsmiddelen die bij het delict zijn aangetroffen. Onder elk overzicht is toegelicht waarom het bewijs bij dit delict om een verklaring schreeuwt. Ook wordt er toegelicht wanneer er in deze uitspraken (mogelijk) sprake zou zijn van bewijs dat niet om een verklaring schreeuwt. Er is gebruik gemaakt van relatief recente rechtspraak van de rechtbanken en gerechtshoven omdat zij hun bewijsconstructie toelichten.

Lees meer >


Afstand van advocaat alleen bij informed consent (Richtlijn 2012/13/EU)

Geplaatst op: 10 november 2018

Wanneer een afstand doet van het recht op een advocaat bij een verhoor, moet aan hem volgens de Richtlijn 2012/13/EU worden uitgelegd wat de nadelige gevolgen daarvan voor hem zijn. Alleen dan pas is er sprake van het afstand doen van de bijstand van een advocaat. 

Lees meer >


Vingerafdrukken bij politieverhoor

Geplaatst op: 21 september 2018

Wanneer het gaat om een verhoor voor een feit waarop voorlopige hechtenis is gesteld, bent u verplicht om mee te werken met het afnemen van vingerafdrukken en het maken van een gelaatsfoto ter vaststelling van uw identiteit. Werkt u niet mee, dan mag u door de politie daartoe worden gedwongen.

Evenwel kunt u weer niet worden vervolgd voor het niet meewerken aan deze verplichting.
In de uitspraak van de Hoge Raad van 17 april 2018, ECLI:NL:HR:2018:612, werd een verdachte vervolgd voor het niet voldoen aan de verplichting om medewerking te verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken. Deze verplichting is wettelijk geregeld in art. 55c lid 2 Sv. Artikel 447e Sr. biedt echter geen grondslag voor vervolging op grond van artikel 55c lid 2 Sv. “Het niet-medewerken aan het afnemen van vingerafdrukken op basis van art. 55c leden 2 en 3 Sv is derhalve niet een gedraging die strafbaar is gesteld bij art. 447e Sr.’

Lees meer >


Bewust valse informatie verstrek door politie tijdens verhoor

Geplaatst op: 12 februari 2018

Het mag niet, maar in de praktijk komt het nog af en toe voor. De politie die bewust valse informatie aan een verdachte verstrekt tijdens een verhoor, met de bedoeling om de verdachte een verklaring te ontlokken of om hem op het verkeerde been te zetten. In de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland, 3 april 2015, ECLI:NL:RBNHO:2015:2870 speelde dit ook. Tijdens het verhoor is namelijk door de politie aan de verdachte in strijd met de waarheid verteld dat naast de werkelijk weggenomen buit tevens een enveloppe met een groot geldbedrag is weggenomen. Vervolgens zijn gesprekken tussen hen heimelijk opgenomen, hetgeen te vergelijken met een verhoorsituatie.

Lees meer >


Wanneer valse bekentenis?

Geplaatst op: 03 mei 2017

Om een verdachte zover te krijgen dat hij ‘de waarheid’ spreekt, haalt de politie vaak alle trucs uit de kast. Daarbij wordt soms forse druk uitgeoefend. Rechterlijke dwalingen zijn vaak het gevolg van valse bekentenissen van verdachten die niet langer tegen die druk waren opgewassen.

Lees meer >


Vrijspraak na intrekken bekentenis in moordzaak

Geplaatst op: 23 oktober 2016

Een bekentenis intrekken in een moordzaak en dan door de rechtbank worden vrijgesproken. Het is mogelijk, zo blijkt uit een uitspraak van de rechtbank Middelburg, 4 november 2011, ECLI:NL:RBMID:2011:BU3372.

Lees meer >


Bij ieder verhoor moet politie verdachte wijzen op diens zwijgrecht

Geplaatst op: 31 juli 2016

Bij aanvang van ieder nieuw verhoor dient de politie de verdachte te wijzen op diens zwijgrecht. Gebeurt dat niet, dan kan dat leiden tot bewijsuitsluiting omdat dit een onherstelbaar vormverzuim oplevert. Dit zien we bijvoorbeeld in een uitspraak van het Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch, 18 augustus 2009, LJN: BJ5460.

Lees meer >


Bewijsuitsluiting verklaring verdachte indien politie verhoor begint omdat advocaat te laat was

Geplaatst op: 06 juni 2016

Indien de advocaat te laat is voor het verlenen van consultatiebijstand, betekent dit nog niet dat de politie gewoonweg met het verhoor kan starten, zonder dat de verdachte gebruik heeft kunnen maken van zijn consultatierecht. Het niet tijdig verschijnen van de advocaat doet geen afbreuk aan recht om advocaat voor het verhoor te consulteren. Er zijn twee uitspraken die deze lijn ondersteunen.

Lees meer >


Niet wijzen op zwijgrecht kan worden hersteld bij volgende verklaringen

Geplaatst op: 16 mei 2016

Wanneer de verdachte niet is gewezen op zijn zwijgrecht, levert dit een onherstelbaar vormverzuim op als bedoeld in artikel 359a Sv. Dit dient normaal gesproken te leiden tot bewijsuitsluiting, maar als de verdachte in een latere verklaringen, waarbij hij wel is gewezen op zijn zwijgrecht, gelijkluidend verklaard, geldt de bewijsuitsluiting niet voor die latere verklaringen. De verdachte kan in die gevallen beter zwijgen.

Lees meer >


Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Zaak aanmelden